vrijdag, juni 24, 2011

Closing the gap

De Tai Chi en Tit Khun zoals wij die beoefenen zijn 'dichtbij-stijlen': hoewel technieken ook op de twee andere afstanden worden gebruikt hanteert elk van deze twee stijlen een voorkeursafstand. Bij Tit Khun is dat de 'eerste deur' (schouder tegen lichaam), en bij 'onze' Tai Chi is het de 'tweede deur' (halve armlengte).

Hoewel er veel op en met die voorkeursafstanden geoefend wordt blijft het een groot probleem voor veel leerlingen hoe je om moet gaan met een 'schoppen en slaan'-tegenstander: hoe kom je met je dichtbij-stijl, euh, 'dichtbij'?

Weliswaar geef ik daar uitleg over maar we oefenen het nooit specifiek, en daar zijn twee redenen voor.

De tweede reden (de eerste is voor een ander verhaal) is hier de meest belangrijke: de korte afstand inzetten tegen een lange afstandsvechter is niet een kwestie van allemaal aparte probleempjes geoefend hebben maar van de moves er in hebben zitten, zowel fysiek als mentaal.

'Fysiek' wil zeggen dat je niet steeds allerlei deviaties gaat oefenen maar dat je gewoon steeds dezelfde basishandleing blijft herhalen; solo zowel als in je partnertraining. Alleen zó komt de flow van de handeling in je lichaam.
'Mentaal' betekent dat je blind vertrouwen hebt in je vaardigheid: niet nadenken over winnen of verliezen, maar geloven in je training.

Dat laatste, het mentale aspect van vertrouwen in en op wat je te leren krijgt, blijkt in deze tijd van haast en misleiding ('haast' want iedereen wil veel te snel denken dat-ie iets kan, en 'misleiding' want de doorsnee leerling baseert zijn vechtkunst-kennis op de acrobatiek uit films en de sportiviteit van de ring) het grootste probleem: door de haast om het geleerde te willen kunnen gebruiken wordt er niet genoeg tijd besteed om e.e.a. eerst te kunnen, er goed 'in' te hebben zitten; en door de misleiding door film- en sportgevecht-inzichten vergeten ze dat ze moeten vechten, niet mooie bewegingen maken en tikkertje spelen. 

Daarom is het des te leuker als blijkt dat er wel degelijk over je woorden wordt nagedacht en je een dergelijk mailtje krijgt:

"Hallo Roel,

Ik zit een filmpje te kijken over wing chun, en dit filmpje geeft precies aan waar het fout gaat, en over het overbruggen van de afstand waar jij het altijd over hebt. Het is wel mooi om te zien, omdat ik er veel in herken in waar jij steeds op wijst."

Feitelijk zegt die Wing Chun-leraar precies hetzelfde, vaak ook nog in precies dezelfde bewoordingen, wat ik ook steeds zeg. Alleen zou je bij ons niet horen over dat de elleboog gebogen blijft en dergelijke nadruk op losse delen, maar verwijzen wij meer naar totaalaspecten van de externe constructie en hoe je qi gebruikt om die constructie te handhaven. Sja, ieder zo zijn ding.

Maar toch, mooi filmpje. En dit is -em:



Met dank aan de leerling in kwestie voor de linktip.