donderdag, november 25, 2010

Wie vraagt krijgt antwoord

Ik laat mijzelf 'leraar' noemen, en dat is niet geheel vrij van verplichtingen. Het betekent onder andere dat als iemand een vraag stelt, dan móet ik antwoord geven. Daar mag ik van mezelf één uitzondering op hanteren: mensen die een vraag stellen in de stijl van 'hé, die Taai Sjie bij jullie, wa-kost-da?' zonder verder ook maar enige belangstelling over hoe wij in onze school met Tai Chi bezig zijn krijgen het standaard antwoord 'sorry, op dit moment hebben wij helaas geen plaats'.

En verder heb je meer en minder 'geschoolde' vragen maar dat maakt niet uit: willen weten is willen weten, en dat moet gevoed worden.

Dus ook deze mail moest beantwoord worden:


"Dag Mxxxx,

Dat zijn een paar goeie vragen die je stelt. Uiteraard kun je het beste verder zoeken op internet naar websites die uitgebreide uitleg geven, maar ik zal je proberen in het kort wat wegwijs te maken.

1.       1.- Gezondheid
Oefenen is goed voor je gezondheid. De Chinezen van vroeger praten daarbij veel over ‘energie’. Dat noemen ze ‘qi’ of ‘chi’ of ‘ki’. Tegenwoordig wordt Tai Chi meestal onderwezen voor de gezondheid. Je zult niet veel scholen tegenkomen die nog lesgeven in de echte verdedigingskant van Tai Chi, meestal wordt er aan oudere mensen lesgegeven voor de gezondheid. Er worden dan ademhalingsoefeningen gedaan en er wordt een Tai Chi-vorm geoefend.

2.- 2.- Zelfverdediging
Maar vroeger was Tai Chi een echte krijgskunst wat je tegenwoordig soms nog terugziet in het oefenen van vormen met zwaarden en zo. Er zijn niet zoveel scholen waarin je daadwerkelijk leert vechten met Tai Chi.
Als krijgskunst is Tai Chi, als er goed in wordt lesgegeven, anders dan bijvoorbeeld Shaolin. Spierkracht is veel minder belangrijk en het goed kunnen voelen van bewegingen van de vijand is dan weer juist heel erg belangrijk. Je oefent daarvoor heel veel in ‘voelen’, ook in je eigen lichaam: hoe voelt je eigen ademhaling bijvoorbeeld, of hoe voelt het als je je arm zus of zo beweegt. Omdat je dat lastig kunt doen als je snel beweegt wordt er bij Tai Chi vaak langzaam bewogen, zodat je alle tijd hebt om op al die voelen-dingetjes te letten. Uiteraard beweeg je voor de verdediging gewoon op volle snelheid.
De scholen die de gezondheidskant van Tai Chi benadrukken blijven meestal alleen maar bezig met bewust ademhalen en met het ‘voelen’ van de dingen in je eigen lichaam; de scholen die ook Tai Chi zelfverdediging onderwijzen gaan daarna door en leren je om ook de beweging van de ander (de ‘tegenstander’) te voelen, zodat je slimmer en eerder kunt reageren.

3.       3.- Filosofie
Om Tai Chi voor de zelfverdediging te leren zul je op een gegeven moment ook moeten studeren. Het is niet vreemd dat veel Tai Chi-meesters ook ‘dokter’ zijn met bijvoorbeeld acupunctuur, want dat gaat over dezelfde ‘energie’. En veel Tai Chi-ideeën over hoe deze kunst werkt vindt je terug in de oude Chinese filosofie. Sommige van die oude Chinese ideeën zijn tegenwoordig ook in het Westen bekend, zoals bijvoorbeeld yin en yang.
De Chinezen van vroeger hoefden niet zo te studeren zoals wij dat nu wel moeten, omdat die ideeën toen heel gewoon waren.

4.       4.- Stijlen
Er is niet zoiets als een Tai Chi-‘bond’ of zoiets, en iedereen kan zomaar Tai Chi-lessen geven. Er zijn wel wat organisaties maar die doen niks aan de kwaliteit van Tai Chi.
Dat was vroeger in China ook al zo en omdat er niemand was die zei hoe het nou wel of niet moest ging iedereen Tai Chi op zijn eigen manier doen. Daardoor heb je vijf hoofdstijlen met binnen elk van die stijlen heel veel verschillen, niemand beweegt echt hetzelfde.
Aan de ene kant is het nu wel heel moeilijk om te wisselen van Tai Chi-school (bijvoorbeeld omdat je verhuist) want bij die andere school wordt weer heel anders bewogen en moet je helemaal van voren af aan beginnen. Aan de andere kant is dat best fijn, want een korte dikke iemand kan nou eenmaal niet hetzelfde bewegen als een lange dunne. Dus je kunt precies de Tai Chi zoeken die bij jou past.

5.       5.- Rangen en banden en zo
Bij de meeste Tai Chi-scholen is er een onderverdeling van leraar, assistenten en leerlingen. Daar worden geen banden bij gebruikt en meestal zijn er geen examens. Er zijn scholen, zoals de mijne, die wat duidelijker zijn in hun lessen en waar wel examens gehouden worden en sjerpen worden gedragen en ‘gehaald’.

Ik hoop dat je hier wat aan hebt. Voor verdere informatie kun je het beste even ‘Tai Chi’ googelen.

Vriendelijke groet,

Roel Jansen"

dinsdag, november 23, 2010

Waarom qi trainen?

Bij Tai Chi wordt vaak, en vaak automatisch, gesproken over 'dat is goed voor je qi'. Het zou mooi zijn als dat onderbouwd werd door twee fundamentele pijlers, namelijk de antwoorden op de vragen

1.- 'hoe bouw ik qi op?'
want 'deze of die oefening doen' is geen echt antwoord, je moet begrijpen hoe het werkt;

2.- 'waarom zou ik me überhaupt met qi bezighouden?'
want 'het is goed voor je gezondheid' is geen antwoord en óf qi goed is voor je gezondheid is niet altijd per sé waar; gezondheid kent meerdere facetten en qi is er slechts één van. 

Dus wat voor verhaal moet een leraar hebben?

Aangezien er diverse stromingen zijn met elk zo zijn eigen uitleg over hoe je qi het beste kunt opbouwen ga ik me hier beperken tot de tweede vraag: waarom zou je je met qi bezighouden?

a) qi is goed voor je gezondheid
Dat ervaar ik wel zo maar ga ik hier niet bediscussiëren omdat ik geen zin heb om in de zinloze discussie terecht te komen over het wel of niet bestaan van een qi-'substantie'.

b) qi heeft een toegevoegde waarde voor de krijgskunst Tai Chi
Bingo! 
Tai Chi is in oorsprong een krijgskunst ook al hebben commerciële belangen dit aspect zwaar naar de achtergrond verdreven, en al in dat vroegere krijgskunst-stadium van Tai Chi werd qi veelvuldig genoemd als een 'iets' dat blijkbaar belangrijk was: qi-vaardigheid had blijkbaar een toegevoegde waarde voor de Tai Chi-krijgkunstenaars. En dáár moeten we naar kijken. Die gezondheidsdingen die in onze tijd zo naar voren worden geschoven zijn pas van honderd of meer jaren later, dus feitelijk doen die er niet zoveel toe; die zijn 'bijvangst'.

Als we naar de oorspronkelijke reden voor de toevoeging van qi gaan zoeken moeten we eerst een beetje begrijpen wat men vond dat qi is of doet.

Binnen de visie van de traditionele Chinese geneeskunsten heeft qi diverse functies. De twee belangrijkste daarvan zijn: qi beweegt en doet bewegen; en qi verwarmt.
Dat leidt automatisch tot de vraag waaróm qi in beweging zet en verwarmt. Waar komen die functies vandaan? Van welke qi-eigenschappen zijn ze een gevolg?

Nou, dat is er eigenlijk maar eentje: qi maakt vol. Qi maakt zelfs zó vol dat het andere substanties voorstuwt; en dat volmaken (uitvullen of expanderen zo je wilt) en voortstuwen tot warmte leiden spreekt welhaast vanzelf. Iedereen met net zo'n auto als de mijne wordt hier in de winter mee geconfronteerd: het kan koud zijn wat het wil maar zodra je je auto moet duwen heb je het heel erg snel verbazingwekkend warm.

Hoe is dat 'qi maakt vol' belangrijk voor een krijgskunst? Dát is de vraag waar we nu mee zitten. Er zijn twee antwoorden, namelijk op mentaal en fysiek gebied.

I.- qi maakt mentaal vol
mentaal vol of leeg zijn is natuurlijk een beetje krom Nederlands, maar toch weet je ongetwijfeld wat ik ermee bedoel. Als je mentaal leeg bent voel je jezelf makkelijk onzeker of zelfs bang, je twijfelt en het nemen van een beslissing is aan jou niet besteed. Ben je daarentegen mentaal vol dan voel je je vrij snel (soms té snel) zeker van je zaak, je treedt makkelijk op en grijpt makkelijk in. Je bent niet bang.
Op mentaal gebied vervulde qi-training voor de Chinese krijgers zodoende een beetje de rol die het Zen-Boeddhisme lange tijd zou hebben voor de samurai-krijgers in Japan: de mensen die zichzelf onbaatzuchtig in de strijd moesten werpen een methode geven om niet bang te zijn. Bij het Zen-Boeddhisme was het streven heus niet om alle doodslagers verlicht te maken en dichter tot de Boeddha te brengen (daar hadden ze hun zwaarden voor)!
Niet bang zijn, zeker zijn van je zaak, doortastend kunnen en durven optreden: dát is de winst van mentaal vol zijn en dat is de winst, op mentaal gebied, van qi-training.

II.- qi maakt fysiek vol
wel constructie versus
geen constructie
Dit is een interessante. Voor een vechtkunst is het optimaal in constructie bewegen een voorwaarde. Elke vechtstijl houdt zich hier, bewust of niet, intensief mee bezig.
Het probleem is echter, in een tijd waarin er geen camera's of andere technische observatiemogelijkheden aanwezig waren, de vraag hoe je weet wanneer je optimaal in constructie staat?
Het antwoord is simpel: door qi. Qi is namelijk voelbaar. Niet rechtstreeks maar wel via haar functies van beweging maken en warmte genereren. Als je nu je lichaam op een dergelijke manier in positie kunt zetten dat je overal qi waarneemt, dan ben je 'gevuld'.
Vervolgens zul je merken dat die positie per definitie 'rond' van aard is, en dát is de winst van qi-training voor Tai Chi (en andere interne kunsten): je krijgt een gevoel van rond-zijn, alsof je in een zeepbel staat.

Er is een simpele reden waarom dat winst betekent voor een krijgskunstbeoefenaar. Probeer maar eens met een stok door een bal heen te duwen: dat gaat je niet lukken, die bal rolt weg. Probeer nu eens met een stok in een bergopwaartse richting tegen een bal te duwen: dat gaat evenmin lukken, maar nu komt daarbij dat die bal langs de stok afrolt en tegen jóu aanbotst.

Wie 'rond' is hoeft amper te denken welke techniek hij nu weer moet gebruiken, hoeft zich niet bezig te houden met zaken als 'juiste afstand' of hoe zich te verplaatsen; je kunt met minder spierkracht toe omdat je ineens gebruik kunt maken van compressie-expansie.

 Hoe dit allemaal werkt moet je uiteraard bij je eigen leraar navragen; zolang je maar meekrijgt dat
qi-training uitermate zinvol is en dat moeilijk doen over 'vage dingen' uiteindelijk het leven een stuk gemakkelijker kan maken bij reële handelingen.

maandag, november 22, 2010

Voorkomen is beter

Leken kunnen me soms toch met vragen komen...

Zo gaf ik laatst, tijdens een introductieles, een uitleg over het concept 'meegaan'. Je kunt je uitleg niet te ver van de beleefwereld van 'de alledaagse mens' af laten staan, dus praten over qi  bijvoorbeeld ga je dan tot een minimum beperken en interne aspecten, daar moet je al helemaal niet mee aankomen.
Maar goed, op een gegeven moment komt er dus de opmerking dat Judo ook het concept 'meegaan' hanteert en of hier dan hetzelfde mee wordt bedoeld. Interessante vraag.

"Bedóeld misschien wel", zei ik. "De uitvoering is echter volledig verschillend van elkaar".
"Hoe dan?"
"Judo staat toe dat je eerst in de problemen komt en gaat die dan oplossen. Vandaar de zware nadruk op valbreken: je bent dan al gegooid. Judo gaat dus 'probleem-oplossend' te werk.
Tai Chi is er in haar hele wezen op gericht dat het hele probleem van -in dit geval gegooid worden- niet vóórkomt. Tai Chi lost niks op, Tai Chi gaat voorkómend te werk. Althans, dat is het ideaal.

Je merkt dat ook aan de 'nieuwe mode' om Tai Chi-gerelateerde oefenmethodieken in te zetten voor ouderen: niet meer leren val-breken maar bezig zijn met val-preventie.


Het vraagt een totaal andere visie op meegaan: eerder dingen waarnemen, eerder aansluiten, eerder aanwezig zijn. En dat maakt dat het uiteindelijke concept van meegaan anders is bij Tai Chi dan bij Judo".

donderdag, november 18, 2010

Qigong

Ik werd gevraagd naar het doel van qigong, en daar sta je dan... want een belangrijk kenmerk van welke kunst dan ook is dat het doel, het nut, het voordeel dat je eruit zou kunnen halen, volledig afhankelijk is van de toeschouwer of beoefenaar.

Dat is dus anders dan *kuch* wetenschap, waarin het goed gebruik is om 'de werkelijkheid' alleen te erkennen als die gezien, gemeten, nagerekend of anderszins gestaafd kan worden door machines.

Maar goed, het doel van qigong.

We kunnen het doel van qigong heel mooi aflezen aan de geschiedenis van qigong. Aanvankelijk (nu alweer zo'n vijftienhonderd jaar geleden) ging het om 'rekken-en-strekken'-oefeningen waarbij het uitgangspunt was dat de cumulatie van qi een gevolg was van het fysiek bewegen.

Dat is in de loop der tijd doorgeëvolueerd tot een weergave van de ervaring dat het juist andersom is: qi is een gevolg van de interactie tussen yin en yang in het lichaam, en beweging is een gevolg van qi.
Door nu stilte in je lichaam te creëren middels meditatie kun je op den duur een energetisch onderscheid laten gebeuren, inderdaad tussen yin en yang. Als er voldoende stilte is en daardoor voldoende differentiatie tussen yin en yang te onderscheiden valt ontstaat er spontaan beweging, die je vervolgens kanaliseert via de vormgevingen van de door jou geleerde qigong.

Uit deze twee verschillende historische visies kun je opmaken dat datgene waar qigong toe leidt blijkbaar afhankelijk is van het niveau en inzicht van de beoefenaar.

Grofweg kun je het doel van qigong dus onderverdelen in levels. Het basislevel is daar waar het zachte rekken en strekken van de ledematen en het soepele en vloeiende bewegen leidt tot een vrije circulatie van qi aan de oppervlakte. Is de vaardigheid dieper, dan is ook de vrije circulatie van qi dieper in het lichaam gelegen.

Dit level-concept valt ook bewust in te zetten. Zo kun je bijvoorbeeld na te zwaar te hebben getafeld wel degelijk qigong of Tai chi oefenen om de spijsvertering te stimuleren, zolang je maar 'aan de oppervlakte' blijft; ga je daarentegen de qi-fysieke diepte in (waar je bezig bent met het laden en comprimeren van het dantian en dergelijke) dan kun je ziek worden, constipatieklachten krijgen, enzovoorts.

Je kunt qigong oefenen zoals je het door je leraar voorgeschoteld krijgt, en dan blijf je meestal (een enkele goede leraar daargelaten) redelijk aan de oppervlakte van handje zus en handje zo; je kunt ook een qi-gerelateerde studie zoals Chinese medicijnen gaan doen waardoor je meer herkent van wat er binnenin je gebeurt in combinatie waarmee je de daoïstische beschrijvingen kunt begrijpen, zodat je jezelf weer verder kunt ontwikkelen.

Leren is niet een kwestie van dingen aangereikt krijgen, maar een kwestie van jezelf toestaan dat je vandaag anders over de dingen denkt dan gisteren. Als je dat kunt opbrengen is het doel van qigong onbegrensd.
Als je daarentegen blijft zoeken naar iets wat je al kent boek je geen winst, of je nou wel of niet qigong oefent. Dan reikt het doel van qigong niet verder dan 'aangenaam tijdverdrijf'.

Wat óók prima is, uiteraard.