(1) ik moet niet rechtstreeks in de regen hoeven staan.
Meestal kan ik net onder het balkon van de woning boven ons wel een droog plekje vinden, maar vandaag staat de wind -wat héél uitzonderijk is- net zó dat de regen onder het balkon waait.
(2) de lucht mag niet 'nat in de neus' voelen.
Soms kan het regenen en toch 'droog' zijn; soms ook kan het droog weer zijn en tóch 'nat': de maatstaf is, letterlijk, hoe het in je neus voelt. Als die gewoon, normaal, droog blijft zoals altijd is er geen reden om niet te oefenen. Maar als je neus nat lijkt te worden van binnen is dat heel, heel slecht voor je gezondheid en ga ik niet naar buiten.
Geen windgaten en tochtkieren in je kleding! |
Ik heb ook jarenlang autohandschoenen gedragen zodat ik geen huidcontact hoefde te maken met glas en staal (let maar eens op hoeveel deurhandvatten er zijn gemaakt maar van metaal, en hoeveel deuren er van glas zijn): dat vond mijn systeem een gevoelsmatig te groot temperatuurverschil met mijn interne fysiek. Tegenwoordig omzeil ik het met de mouw- over de hand-truuk, of door de deur met mijn elleboog open te doen of met mijn schouder open te drukken.
Ik wéét dat mensen het gek en raar vinden; maar hééj, ik ben inmiddels (met één korte uitzondering op de regel) al ruim vijfentwintig, misschien zelfs wel dertig jaar niet ziek geweest.
Althans, behalve 'gek en raar' dan.